maandag 7 november 2011

Deze weblog is verhuisd


Deze weblog wordt vanaf november 2011 voortgezet op de nieuwe webloglocatie van het Legermuseum:

http://legermuseum.wordpress.com/category/de-vragen-die-u-stelde/

De weblog van het vraagcentrum gaat verder onder de rubriek "De vragen die u stelde", samen met andere rubrieken zoals: het boek van de maand, nieuwe aanwinsten, evenementen en blogs over speciale studieprojecten. We zien u hier graag terug.

maandag 24 oktober 2011

Bandeliersplaat anno 1814


vraag:

Wij zijn een re-enactmentgroep die het Bataljon Infanterie van Linie nr.2 uitbeeldt in de jaren 1814-1815. Uit onze informatie blijkt dat de Nederlandse infanterie destijds leerwerk van "Engels model" droeg; dit hield o.m. in een bajonetbandelier die over de rechterschouder werd gedragen, waarop een ovale geelmetalen plaat werd gedragen. Op de plaat staat (vermoedelijk) een gekroonde "W". Wij hebben gehoord dat u een dergelijke plaat in uw collectie heeft. Hiervan zouden wij graag een afbeelding willen ontvangen, zodat wij een reproductie kunnen maken om onze uitbeelding te vervolmaken.

antwoord:

In onze collectie bevindt zich inderdaad een dergelijke bronzen plaat met een gekroonde W. Deze is te zien in de basisopstelling, op de 1e etage van ons museum. Dit exemplaar is in 1982 gevonden op het terrein van een voormalig kampement uit de 10-daagse veldtocht.


De plaat met inventarisnummer is 059306 heeft de volgende omschrijving:

Bandeliersplaat van brons met gekroonde "W" t.b.v. manschappen, Nederland ca.1830. De bandeliersplaat is ovaal van vorm en loopt aan de voorzijde iets bol, op de voorkant in diep reliëf een gekroonde "W". Aan de achterzijde aanzetstukken van ogen voor steeknaalden ter bevestiging op de bandelier. N.B. de bandeliersplaat werd gevonden op een voormalig militair kampement bij Oirschot in 1982.

Afmetingen: 7 x 5,5 cm.

maandag 17 oktober 2011

Bij welk onderdeel horen de personen op deze foto


vraag:
Kunt u mij aan hand van de foto vertellen bij welk onderdeel mijn opa heeft gediend. Mijn opa is de man rechts op de foto met het zwaard. Kunt u ook zien wat voor rang hij had?

antwoord:
Hartelijk dank voor uw vraag met bijgezonden foto. Uw opa draagt op de foto op zijn sjako het embleem van de artillerie (twee gekruiste kanonnen). De werkpakken van de ondergeschikten, midden op de foto, duiden ook op artilleristen; naar wij vermoeden gaat het hier om vestingartillerie, maar dat is niet met zekerheid te zeggen. Het onderschrift op het krijtbord, in het midden van de foto, kan naast de goed leesbare tekst "Lichting 1909" heel goed duiden op: "5e Batterij", waarbij men de B wat slordiger heeft ingezet dan gebruikelijk. De rang van uw opa is vermoedelijk die van vaandrig. Dit is niet met zekerheid te zeggen, omdat op de foto de bovenkant van zijn epaulet niet goed te zien is, maar wij menen daar een stip te zien. Het zou ook passen bij zijn situatie (dienstplichtig) en tegelijkertijd toch duidelijk een betere positie dan de mannen in het midden (verschil tussen werkkleding en nette uniform met sabel van uw opa).
U kunt trouwens, als u daarin geïnteresseerd bent, in het Nationaal Archief in Den Haag, www.nationaalarchief.nl vervolgonderzoek doen naar uw opa. Daar bewaart men de zogenaamde stamboeken van de verschillende regimenten, waar doorgaans (summiere) persoonlijke informatie naast de militaire staat van dienst te vinden is.

Heeft u aanvullingen of vragen over dit artikel? Dan wordt u van harte uitgenodigd om te reageren. Het Legermuseum staat open voor verbeteringen. Klik op de titel van het artikel of op het woordje "reacties".


maandag 10 oktober 2011

Uniform van de Mobiele Schutterij tijdens de Tiendaagse Veldtocht


vraag:

Ik heb een vraag met betrekking tot het uniform van de schutterij ten tijde van de Tiendaagse Veldtocht. Op het schilderij van Hoynck van Papendrecht "De schutterij bij Houthaelen 1831" ziet men de schutterij in actie. Aangezien ik zelf een verzamelaar van 30mm figuurtjes ben en bezig ben deze schutterij uit te beelden heb ik een vraag omtrent de kleur van het uniform. Was dit lakense stof in de kleur grijs? Of is het zwart wat men draagt?

antwoord:

Het uniform van de mobiele schutterij in 1831 bestond uit een donkerblauwe rokjas met een dubbele rij knopen en een staande kraag; rode kraagpatten (accoladevormig) en rode manchetten bij de mouwopslagen. Witte bies om de kraag en bij de taille. Blauwe broek met witte bies. Wat u op het schilderij van Hoynck van Papendrecht ziet, zijn de overjassen. Deze waren bruin of grijs. Oorspronkelijk was de bedoeling grijs - zo beeldt Hoynck ze ook af - maar in de praktijk waren er ook vele die in een ouder model van een bruine kleur rondliepen; in onze collectie bevinden zich ook twee officiersoverjassen van goede kwaliteit, die ook bruin zijn uitgevoerd. De manschappen droegen veel grovere kwaliteit wol, maar in dezelfde kleuren.

Wanneer u figuurtjes beschildert, kunt u daarom de overjassen overwegend grijs schilderen, maar zo her en der ook bruine jassen. Leuk voor de afwisseling! U kunt trouwens op het schilderij van Hoynck ook de rode kraagpatjes zien, die nog op de overjassen waren aangebracht. U kunt ook nog eens in het museum komen kijken: de officiers-overjas is daar in de opstelling te zien. Hij is ook afgebeeld in een Nieuwsbrief van onze Vereniging Vrienden, jaargang 2006, aflevering 3, in het artikel: "Drie uniformjassen uit de jaren van de Belgische Opstand 1830-1839". Deze Nieuwsbrief kunt u na afspraak in onze leeszaal inzien.

Van ons jaarboek Armamentaria is in 1981 een themanummer verschenen over de Tiendaagse Veldtocht, met daarin onder andere een artikel over de Mobiele Schutterij. De teksten van dit themanummer Armamentaria 16 zijn online te raadplegen via de volgende link:

http://www.collectie.legermuseum.nl/strategion/strategion/i004550.html

Het olieverfschilderij van J. Hoynck van Papendrecht "De schutterij in gevecht bij Houthaelen op 6 augustus 1831" bevindt zich in de collectie van het Legermuseum (objectnummer 051025) en maakt deel uit van een schuttersdrieluik.

dinsdag 4 oktober 2011

Rosalie; identificatie van een bajonet


vraag:

Via een erfenis ben ik enige tijd geleden in het bezit gekomen van een bajonet. Ik erfde hem van mijn vader, hij op zijn beurt zou hem weer van zijn vader gekregen hebben. Van de bajonet is mij niets meer bekend als dat het om een Franse bajonet zou gaan. De bajonet is in de schede 65, 5 cm lang. Zonder de schede is het 63,5 cm lang. Het lemmet is kruisvormig en 51,5 cm lang. Op het lemmet staat aan de ene zijde een P en aan de andere zijde een teken dat ik niet thuis kan brengen (zie foto). Op het gevest is het nummer J (of I) 84754 aangebracht. Op de schede vermoedelijk een springende granaat gevolgd door 36410. De greep is van messing, de schede van staal (oorspronkelijk vermoedelijk geblauwd). Graag zou ik willen weten wat voor bajonet het hier betreft, bij welk wapen het hoorde en of het nog een waarde bezit.

antwoord:

De op de foto's getoonde bajonet is van Frans model, van het type dat sinds 1886 werd uitgereikt bij het Franse infanteriegeweer systeem Lebel. Oorspronkelijk waren deze bajonetten aan de voorzijde voorzien van een neerwaarts gebogen haak, maar vanaf 1915 werden deze haken verwijderd en werden ze zonder haken vervaardigd. Deze bajonetten, die in het Franse leger de bijnaam Rosalie hadden, zijn tot in de tweede wereldoorlog in gebruik gebleven. Deze bajonetten zijn in vrij grote aantallen gemaakt en u zult daarom begrijpen dat ze niet zeer zeldzaam zijn en geen zeer grote waarde vertegenwoordigen.

Heeft u aanvullingen of vragen over dit artikel? Dan wordt u van harte uitgenodigd om te reageren. Het Legermuseum staat open voor verbeteringen. Klik op de titel van het artikel of op het woordje "reacties".



dinsdag 27 september 2011

aanvulling op: Nederlanders in het leger van Napoleon naar Rusland

Het gemeentearchief Utrecht bestaat al vele jaren niet meer. Dat heet nu Het Utrechts Archief.
http://www.hetutrechtsarchief.nl/


Verder is dit een handige database:
http://www.stehelene.org/php/accueil.php?page=8&lang=nl

Inventarisatie van Friese soldaten onder Napoleon
http://www.friezen-onder-napoleon.nl/

Wijlen dhr. Paasman heeft een behoorlijk complete inventarisatie gemaakt van Friese soldaten die onder Napoleon hebben gevochten. Onder 'zoeken' staat helemaal onderaan een link naar de database met soldaten, die door Tresoar wordt gehost.

zie verder de reacties onder het oorspronkelijke bericht

Nederlanders in het leger van Napoleon naar Rusland


vraag

Bestaat er een overzicht van Nederlandse mannen die in het leger van Napoleon mee naar Rusland geweest zijn. Eén van de voorvaderen van mijn vrouw, zou met het leger van Napoleon naar Rusland zijn geweest. Mijn pogingen tot nu toe hebben geen registers opgeleverd.

antwoord

Het antwoord op uw vraag bevat zowel een ja als een nee. Nee, want er is niet één overzichtelijke lijst met namen van alle Nederlanders die zich in 1812 bij Napoleons leger bevonden. Maar u kunt wel degelijk naspeuring doen: dus ook "ja". Wat u moet weten, is in welke gemeente deze voorvader van uw vrouw is opgekomen. U kunt dan proberen na te gaan bij welke eenheid hij terecht is gekomen. Deze lijsten van conscripten bevinden zich in de archieven van zowel de provinciale als in een enkele geval de gemeentelijke overheden. Het gemeentearchief Utrecht (GAU) heeft een aardig overzicht op de site hoe dit werkt. Een andere mogelijkheid om te kijken in welk regiment hij gekomen kan zijn, is de lijst van de conscriptie-departementen na te gaan. Dit is een lijst waarin is vermeld welke departementen aan welke regimenten conscripten leverden. In het Nederlandse geval blijven dan meestal 1-5 mogelijkheden over.

Heeft u een idee in welk regiment hij gediend heeft, dan kunt u zich wenden tot het SHD (vroeger SHAT), het Service Historique de la Défense in Frankrijk (Vincennes, Parijs).

http://www.servicehistorique.sga.defense.gouv.fr/

Hier zult u fysiek een bezoek af moeten leggen. Bij het SHD bevinden zich de stamboeken van de verschillende regimenten. U kunt dan het stamboek opvragen en hopen dat u daarin zijn naam tegenkomt. Wanneer u denkt dat hij al voor 1810 in het leger zat, of na 1813 ook nog in het leger (het Koninklijk Nederlands Leger), kunt u ook kijken in het Nationaal Archief in Den Haag, waar de stamboeken van de regimenten Koninkrijk Holland (1806-1810) en Koninkrijk der Nederlanden (1813-...) op naam ontsloten zijn. Daar kunt u dus in een namenlijst zoeken.

Een en ander is, zo leert de ervaring, tijds- en arbeidsintensief, maar als het lukt, wel zeer bevredigend.


Bij de afbeelding:

Hollandse infanterie bij de bruggen over de Berezina, 1812

Veldtocht naar Rusland (1812)

Schoolplaat naar een schilderij van Jan Hoynck van Papendrecht

Objectnummer Legermuseum 00133431

maandag 26 september 2011

Met kruit gevulde kanonskogel of granaat


vraag:

Dit gietijzeren voorwerp is gevonden bij de Maas. Het is hol van binnen en heeft één gat. Kunt u mij vertellen wat dit is en hoe oud het voorwerp zou kunnen zijn? De diameter is 7 cm, gewicht 550 gram.

antwoord:

Het gevonden voorwerp betreft een antieke handgranaat. Deze werden vanaf de 16e eeuw tot aan de 18e eeuw gebruikt zonder enige wijziging in vorm of formaat, waardoor het niet mogelijk is om hem exacter te dateren. Ze werden gevuld met buskruit. In het ronde gat werd een houten prop gedaan met een lont om hem aan te steken.

maandag 19 september 2011

Identificatie van het uniform van een op een miniatuur afgebeelde persoon


vraag:

Hierbij stuur ik u foto's van een portretminiatuur in onze collectie gesigneerd LT voor Leonard Temminck (1753-1813) Helaas weten wij niet wie de geportretteerde is. Misschien heeft u een suggestie ? Kunt u ons iets meer vertellen over het uniform ? Bij voorbaat hartelijk dank

antwoord:

Het uniform dat de afgebeelde persoon draagt is dat van een ingenieur van het Staatse leger uit de periode rond 1790. Zelf hebben wij in de collectie een tekening van W.C. Staring, daterend uit de periode rond 1900, waarin hij een schets heeft gemaakt n.a.v. een geschilderd portret in particulier bezit van een ingenieur van het Staatse leger Hendrik Dijk. Ons is ook een pastel portret bekend dat zich bevindt in de collectie van het Historisch Museum Den Briel van kapitein-ingenieur Johannes van Westenhout, hem voorstellende als ingenieur van het Staatse leger anno 1794. Het enige merkwaardige aan de uniformering van de persoon, afgebeeld op uw miniatuur, is de oranje kraag, die op beide hierboven genoemde portretten niet is afgebeeld. Een afbeelding van de tekening van Staring vindt u hierbij, als voorbeeld. Wie de afgebeelde persoon is, kunnen wij u niet zeggen; we ‘herkennen’ zijn beeltenis niet. Hopelijk bent u toch met de identificatie van het uniform weer een stapje verder geholpen.

maandag 12 september 2011

Archeologische vondsten van 17e eeuwse vuurwapens


vraag:

The National Maritime Museums of Sweden has carried out an underwater archaeological survey of a 17th century shipwreck in the Stockholm archipelago. During this survey we found a flintlock pistol and a musket (se attached pictures). My question is if you can say anything about the provenience and the age of these weapons?

antwoord:

On basis of the illustrations, the following might be remarked: Both stocks are made for flintlock weapons. The flintlock mechanism didn't come into use until about 1625. It is quite difficult to determine the guns without the mechanisms, since these provide the most information about the dating and whereabouts of the pieces. The slim shape of the pistolstock certainly points out a Dutch origine from about the middle of the seventeenth century. The pistol can with certainty, also on basis of the shape of the pommel, be dated 1640-1670.

It is more diffucult for the musket, but I would think that this dates from about the same period. It is not possible for us to give a more detailed indication of the provenance and date of the musket. Of course one has to consider that the Dutch style of firearms was internationally regarded highly in this period, and that the Dutch style was followed elsewhere in Europe as well. It is also a known fact that in the seventeenth century the Dutch gunmakers were working in Sweden as well. This is proven by the collections in the Livrustkammer in Stockholm and in the museum in Skokloster. If you would like to receive more information concerning these guns, you can always contact us or (perhaps easier for you?) our colleagues in the abovementioned Swedish museums.

dinsdag 6 september 2011

Hoe herken je iemand in een harnas



vraag:


Ik heb een vraag namens een vrijwilligster die bij ons rondleidt en zeer vasthoudend is wat deze vraag betreft. N.a.v. het sierharnas wat wij bezitten, wordt er met name in de kinderrondleiding verteld over de uitrusting van ridders en over familiewapens. Een geharnaste ridder kon men - zo vertellen we dat altijd- onderscheiden door het wapenschild met zijn familiewapen erop. Maar hoe kon je nou vader en zoon uit elkaar houden in een harnas? Vraag van een kind en sindsdien een heuse vraag hier. Was daar een onderscheidend teken voor? Vond men het überhaupt belangrijk om in harnas herkenbaar te zijn? Of gebruikte een zoon een ander familiewapen, gecombineerd van vader en moeder bijvoorbeeld. Hebben jullie enig idee?



antwoord:


Tijdens gevechten in de Middeleeuwen waren de geharnaste krijgers altijd herkenbaar voor de eigen troepen. Meestal droegen alleen de bevelvoerende ridders een harnas met een helm met dichtgeklapt vizier en iedereen wist wie het waren die deze harnassen droegen. Als ze een schild droegen, was daarop meestal hun blazoen geschilderd maar dat droegen ze niet altijd en dan spraken ze b.v. vaak van tevoren een teken af dat zij zouden dragen, b.v. een om één van hun arm harnassen vastgeknoopt lint of ander stuk langwerpig textiel. Bovendien waren ze vrijwel altijd omringd door hun eigen gevolg van een of meer schildknapen die een herkenbaar vaantje aan hun lans droegen.




Met open vizier strijden


Meestal streden ridders echter met open vizier of zelfs blootshoofds, dus zonder helm, in harnas. Niet uit heldhaftigheid (dat maken wij er tegenwoordig van...) maar uit zuiver praktische noodzaak. De warmtestuwing in een gesloten helm kon zo groot worden dat de drager zelfs kon stikken. Zeker als geharnaste ridders geagiteerd waren zoals in een strijd (of in een toernooi), te meer als de temperatuur ook nog hoog was. Dat is ook historisch aantoonbaar: na een strijd in de buurt van Neurenberg ergens in de vijftiende eeuw zijn naderhand dode ridders in harnas gevonden en met helmen op die donkerrode gezichten hadden en bij wie het schuim op de mond stond: zij waren allen gestikt, niet gedood door tegenstanders!



Ook vochten bevelvoerders met open vizier of zelfs geheel blootshoofds om zich tijdens het strijdgewoel beter verstaanbaar te maken, dus om hard commando's te kunnen schreeuwen zodat deze althans door de omringende soldaten goed gehoord konden worden. Aartshertog Albrecht, tegenstander van prins Maurits bij Nieuwpoort in 1600, vocht daar ook in harnas maar zonder helm. Tijdens de strijd is hij nota bene door een van zijn eigen soldaten per ongeluk met een hellebaard aan het hoofd verwond (maar hij heeft de slag wel overleefd). Je zelf op deze manier letterlijk blootgeven was natuurlijk vol van risico's, letterlijk levensgevaarlijk, zelfs als het vizier maar even werd opgeslagen om lucht te krijgen of een commando te geven, en het daarna weer dichtklapten. Er zijn gevallen bekend dat ridders in dat ene korte moment een kruisboogpijl in het gezicht kregen die hun hoofd doorboorde. Ook de bekende kruisvaarder Richard Leeuwenhart is op deze wijze door het schot van een kruisboog gesneuveld.

Klaverblad - Kastanjeblad


vraag:

Toen ik als sergeant in 1954 afzwaaide zat er op mijn jack een oranjekleurig 5-bladeren afbeelding als vervolg op de eerdere 4-bladeren-groene afbeelding (klaverblad) kunt u mij uitleggen wat dat oranjekleurig mouwembleem betekende. het was op een lichtblauwe ondergrond.

antwoord:

Het gaat om een divisieembleem. De 4e divisie kende het vier-bladige klaverblad als embleem (groen op zwart) en het embleem waar u op doelt, betreft het embleem van de 5e divisie. Dit is een kastanjeblad, oranje op nassaublauw. Het schijnt dat dit embleem is bedacht door dpl. korporaal A.A.C. van der Elst, die hiermee een prijsvraag won die uitgeschreven was voor een ontwerp tbv een nieuw embleem. Het kastanje-blad embleem is vastgesteld op 14 mei 1955. De prijsvraag stelde de inzenders tot taak, een embleem te bedenken dat op heraldische wijze het cijfer van de divisie tot uiting bracht. Blijkbaar zag men het vijfblaidge kastanjeblad als geslaagd in deze. Het oude embleem, het klaverblad van de 4e divisie, zou behalve het cijfer 4 ook de onderlinge verbondenheid (kleine delen maken samen één grote) tot uitdrukking moeten hebben brengen.

Uw eenheid is, blijkens uw verhaal, overgeplaatst van de 4e naar de 5e divisie - en daarbij is het mouwembleem, zoals in zo'n geval gebruikelijk, vervangen.

woensdag 31 augustus 2011

Wat is een Pusikan



vraag:

In een boekje over de Rüstkammer in Dresden (ISBN 3-422-06417-6) wordt op blz 6 vermeld: "....Säbel und Pusikane...." Ik kan nergens vinden wat een Pusikane is. Het wordt ook niet genoemd in uw catalogus.

antwoord:
"Pusikan" (meervoud "Pusikane") of "Pusickan" zijn zeventiende-eeuwse Duitse schrijfwijzen voor "budzigan" (de correcte schrijfwijze is onbekend), de Ottomaanse benaming voor een strijdkolf, d.w.z. een geheel metalen knots, die in het leger van de sultan als commandostaf werd gebruikt. De in de oorlogen, tegen de Turken tussen 1675 en 1725, buitgemaakte Turkse wapens zijn in veel Duitse en Oostenrijkse verzamelingen terug te vinden. Zij maken deel uit van de zgn. Türkenbeute, een enorme hoeveelheid krijgsbehoeften als wapens, vaandels, kledingstukken, harnassen, paardentuigen, tenten e.d. Wenen (het Wien Museum) heeft waarschijnlijk de grootste hoeveelheid, verder zijn er veel buitgemaakte Turkse wapens in Ingolstadt (Beieren) in het Bayerisches Armeemuseum, in Karsruhe in het Badisches Landesmuseum en ook de Rüstkammer in Dresden heeft zijn "Türkenbeute".

afbeelding uit de online collectie Staatliche Kunstsammlungen Dresden

dinsdag 30 augustus 2011

Dolk of mes?


vraag:
Afgebeelde dolk komt uit de nalatenschap van mijn vader, kunt u mij hier iets over vertellen? Het heft lijkt van ebbenhout en er zitten een aantal kerven in.

antwoord:

Officieel noemen wij dit wapen een mes omdat de kling éénsnijdend is en dus een platte achterkant heeft. Een dolk is altijd tweesnijdend en heeft in feite een symmetrische kling, dat is hier duidelijk niet het geval. Het mes heeft een snavelpunt.

Het uiterlijk van dit wapen - vooral ook de kleine pareerstang - en de leren schede doen vermoeden dat dit mes Indonesisch is. Het leerwerk van de schede heeft nogal wat weg van de schedes die gebruikt werden voor de zgn Klewang of marechausseesabel, een blank wapen dat gedragen werd door het KNIL, het Nederlands Indische Leger.

vrijdag 26 augustus 2011

Bataafse Dragonders in Kaapstad


vraag:
Is het bekend of er begin 1800 dragonders dienst hebben gedaan in Kaapstad of omgeving. Volgens een kennis in Zuid-Afrika, namens wie de vraag gesteld wordt, diende hier één van zijn voorvaders. De naam zou zijn Rall, vermoedelijk van Duitse afkomst.

antwoord:
Omstreeks 1795 was er op Java een eskadron dragonders aanwezig, bestaande uit 2 compagnieën. Het eskadrom maakte deel uit van de lijfwacht van de gouverneur-generaal aldaar. Naast dit esdadron was er ook nog een korps Javaanse Cavalerie en 2 andere compagnieën cavalerie. In 1802-1803 werden deze eenheden gereduceerd tot ongeveer 40 man. Op 2 maart 1802 werd hier een nieuw eskadron Dragonders opgericht voor de koloniën. Deze bestond ook uit 2 compagnieën en een batterij Rijdende Lichte Artillerie à 4 stukken. Al deze eenheden bleven deel uitmaken van het Bataafse Leger. Het eskadron Dragonders en de batterij Rijdende Lichte Artillerie werden voortaan aangeduid als het 5e Regiment Dragonders. In de tweede helft van 1802 vertrok dit regiment naar Kaap de Goede Hoop. Na de inname van Kaap de Goede Hoop door de Engelsen keerde het 5e Regiment Dragonders terug naar de Bataafse Republiek. In 1806, na de oprichting van het Koninkrijk Holland, werd het regiment verdeeld over andere cavalerieregimenten.

Meer hierover kunt u lezen in het volgende boek: J.A.C. Bartels, Vier eeuwen Nederlandse cavalerie Dl. 1 (Amsterdam: Bataafsche Leeuw, c. 1987)
(Aanwezig in de bibliotheek van het Legermuseum onder signatuur: HBD L 040-0009)
Indien uw kennis uit Zuid-Afrika meer wil weten over de militaire staat van dienst van zijn voorouder, kan hij deze opvragen bij het Nationaal Archief. Het adres is: Nationaal Archief, Postbus 90520, 2509 LM Den Haag, tel.nr. 003170-3315444, email: info@nationaalarchief.nl
website: www.nationaalarchief.nl

Bijgaand een afbeelding waarop het uniform van het 5e Regiment Dragonders te zien is. (afbeelding inv.nr. 00123266: Bataafsche Dragonders van de Lijfwacht des Gouveneurs van Kaap de Goede Hoop, generaal Janssens. In 1806 ingedeeld bij de Lijfwacht des Konings. Koloniale Troepen)